Diaconie in de parochie: avond voor PCI-bestuurders

1 november 2016

Aan de vooravond van de landelijke presentatie van het Armoederapport 2016, vond op donderdag 27 oktober in Hoeven de bijeenkomst plaats voor besturen van caritasinstellingen in het bisdom. Diaken Wim Tobé opende de avond met een korte bezinning en gebed. “We hebben ingezet op een hele praktische avond,” vertelde hij, “vanuit de vraag -ik chargeer- wat hebben we als caritasinstellingen aan de mensen die vanuit het bisdom aan de projecten werken, waar wij als PCI’s via de diocesane afdracht aan betalen?”

Bidden en werken
Cas van Beek sprak over de Diaconale Stad Roosendaal. Hij is voormalig teamleider van het pastoraal team in Roosendaal, waar hij de zeven jaren voor zijn pensioen werkzaam was. Hij legde uit hoe diaconale medewerkers vanuit het bisdom hielpen om dit veelomvattende project van de grond te krijgen. Ook was er ondersteuning bij het formuleren van het project voor bijvoorbeeld Kansfonds.

Hij memoreerde de inmiddels overleden pater Jan van den Elzen: “Als oud-missionaris benadrukte hij dat je niet te veel moet praten, maar concrete dingen doen met mensen in nood. Hij bleef missionaris.” Cas van Beek verwees naar Sant’Egidio, de lekenbeweging waar de Diaconale Stad van het begin af aan naar keek voor inspiratie. “Dat startte met studenten in Rome, die heel praktisch bedachten dat ze twee uur per week willen besteden aan de armen. Heel eenvoudig. Je krijgt pas antwoord op de vraag hoe iets gedaan moet worden door het te gaan doen. Dat vragen we nu ook heel praktisch aan parochianen: twee uur per week. En je doet niet alleen iets, je bidt ook.”

De Diaconale Stad Roosendaal zelf heeft zich inmiddels aangesloten bij Sant’Egidio. Cas: “In de loop van de jaren ontdek je dat het fijn is om onderdeel te zijn van de beweging. Sant’Egidio roept veel spirit op en is heel consistent bezig. Je merkt ook dat het prettig is om terug te kunnen vallen op een visie, als er wisselingen zijn in je stuurgroep.” Hij noemde ook Bergen op Zoom, waar de parochie contacten heeft gelegd met Sant’Egidio. “Het start met gebed en daarna wordt gekeken wat je gaat doen. Diaconaal werk is niet altijd makkelijk en dan ben je blij dat je het ook af en toe van je af kunt leggen en bij God neer kunt leggen, dat je je gedragen weet.”

Vriend worden
De Diaconale Stad onderscheidt zich van andere projecten. “Sant’Egidio zegt dat je geen hulpverlener wordt, maar vriend. Dat wil zeggen dat je probeert een band op te bouwen. We doen geen project, we worden vriend van iemand,” aldus Cas van Beek die de PCI-bestuurders ook vertelde over het maatjesproject voor ouderen en de samenwerking met scholen en de woningbouwvereniging.

“In parochies hoor je, en dat is begrijpelijk, dat parochianen al zoveel te doen hebben. Maar met dit soort projecten krijg je een ander soort vrijwilliger in beeld, die nog niet actief zijn. Denk aan ‘De andere Kerst’ op Eerste Kerstdag. Afgelopen jaar waren 25 mensen aanwezig en er waren 35 vrijwilligers die wilden helpen. Roosendaal heeft overigens geen of nauwelijks zwervers, want de mensen trekken naar andere steden waar voorzieningen zijn. De activiteit krijgt daarmee in Roosendaal een wat andere invulling dan in bijvoorbeeld Antwerpen.”

Ondersteuning diaconale medewerkers
“We zijn heel blij geweest met de diaconale medewerkers van het bisdom, Jan Damen en later Benedict Laval,” aldus Cas, “want je moet kunnen investeren in een dergelijk project.” Mede door de ondersteuning kon De Diaconale Stad een speel- en leerhuis beginnen. “Sant’Egidio Antwerpen ontvangt elke zaterdag zo’n 30 kinderen om te helpen met huiswerk, of gewoon voor een gezellige middag. In Roosendaal doen we dit op woensdagmiddag. We ontvangen nu soms 50 à 55 kinderen. Ouders vragen inmiddels ook of we kunnen helpen met huiswerk. Dat heeft Simon opgepakt. Hij is coördinator van de huiswerkbegeleiding. Dat kunnen we niet zomaar zelf nieuw oppakken, maar we kunnen het wel overnemen als de organisatie staat. We hebben nu een half jaar gedraaid. Het is heel bijzonder. En ook hier krijg je weer een ander type vrijwilliger, zoals een gepensioneerde onderwijzer. En ook uit eigen kring vind je nieuwe mensen.”

Huiswerkbegeleiding
Diaconaal projectmedewerker Simon Dankers vertelde vervolgens over armoede onder kinderen en de diaconale kansen rond huiswerkbegeleiding vanuit de parochie. “Huiswerkbegeleiding is heel concreet,” vertelde hij. En belangrijk: “Studie en opleiding zijn sterk bepalend voor de toekomst.”

De huiswerkbegeleiding wordt geboden aan kinderen in de leeftijd van 10 tot 16 jaar. Niet alleen in Roosendaal, maar ook in Breda. De laagdrempelige huiswerkbegeleiding voorziet in een lacune, omdat deze voor iedereen betaalbaar is. Er wordt om een symbolische bijdrage gevraagd, die in overleg met de ouders wordt vastgesteld. “De opstartfase heeft even tijd nodig,” vertelde Simon. “Daarna vertellen ouders het elkaar onderling door.”

Simon: “Bijles aanbieden vanuit de parochie is concreet en relevant. Het kan met weinig middelen tot stand worden gebracht. Als je een ruimte hebt en een geschikte vrijwilliger, kun je al starten.” Op de vraag waar je als vrijwilliger zelf je bagage vandaan haalt, antwoordde Simon dat de meeste reguliere huiswerkbegeleiding wordt gedaan door studenten. Op een vergelijkbare manier kan de parochie huiswerkbegeleiding aanbieden. “Je hebt wel affiniteit nodig met kinderen en je moet kennis op een goede manier over kunnen dragen. Vanuit het bisdom kunnen we ondersteuning bieden bij het maken van een rooster, het contact met ouders, vragen die je als parochie hebt naar lesmateriaal en bij het leggen van contact met de school om kinderen op een goede manier te begeleiden.”

 

Andere berichten